Wat is Roddel?

Roddelen bestaat niet alleen uit het doen van uitspraken die niet gebaseerd zijn op concrete feiten, het speculeren met betrekking tot de levens van anderen. Maar ook uit het onthullen van ware feiten over de levens van anderen zonder hun toestemming, ongeacht de bedoeling van laster of een eenvoudige opmerking zonder hun toestemming. Daarmee eindigt het kwaad.

WAT ZEGT DE BIJBEL OVER RODDEL?

1. Het woord roddelen komt niet voor in de Bijbel. Er verschijnen echter verschillende synoniemen voor. In Leviticus 19:16 leert de Bijbel ons bijvoorbeeld: "Gij zult onder uw volksgenoten niet als een lasteraar rondgaan; gij zult uw naaste niet naar het leven staan: Ik ben de Here". Merk op dat roddel of lasterpraat hier wordt aangeduid als iets dat de levens van anderen bedreigt, vandaar het bevel om geen roddels rond te laten gaan. De Bijbel spreekt ook over de beschimper (Spreuken 18:8) en de lasteraar (Spreuken 16:28). Al deze woorden wijzen op roddels.
2. Bovendien zagen we in verschillende teksten ernstige waarschuwingen over het verspreiden van roddels over mensen. In Spreuken 6:16 en 19 zegt God dat Hij zo’n daad verafschuwt: "Deze zes dingen haat de Here, ja, zeven zijn Hem een hartgrondige gruwel: (…) wie leugens uitblaast als een vals getuige en wie twist stookt tussen broeders". Dit laat duidelijk zien wat de Bijbel leert over roddelen, dat wil zeggen dat de Bijbel het altijd als iets slechts beschouwt, als onaanvaardbaar gedrag!

De gevaren van roddel

3. Een ander heel belangrijk Bijbels feit is dat de Bijbel ons vertelt dat onze taal gevaarlijk is. De tekst van Jakobus 3:6 laat ons zien hoe gevaarlijk de tong is: "Ook de tong is een vuur, zij is de wereld der ongerechtigheid; de tong neemt haar plaats in onder onze leden, als iets, dat het gehele lichaam bezoedelt en het rad der geboorte in vlam zet, terwijl zij zelf in vlam gezet wordt door de hel". Dit is een krachtige tekst die laat zien dat een tong die beheerst wordt door het verlangen naar roddels, laster en andere zonden van de tong, grote macht heeft om niet alleen de persoon zelf, maar ook om anderen te vernietigen.
4. De dienaar van God wordt in de Bijbel aangemoedigd zijn lippen onder controle te houden en weerstand te bieden aan het verlangen om over het leven van anderen te roddelen. In plaats daarvan wordt hij aangemoedigd om woorden te gebruiken om te zegenen: "In veelheid van woorden ontbreekt de overtreding niet, maar wie zijn lippen bedwingt, is verstandig" (Spreuken 10:19). Dit laat zien dat als we veel praten en niet nadenken, we het risico lopen nog veel meer te zondigen.
   
   >Wat leert de Bijbel over roddels?
   Deze tekst vat het heel goed samen: "Wie met laster (roddel) omgaat, verraadt geheimen; maar wie betrouwbaar van geest is, houdt een zaak verborgen" (Spreuken 11:13 – mijn toevoeging tussen haakjes).

Kunnen we geen opmerkingen maken en oordelen over anderen?

5. De Bijbel verbiedt ons niet om commentaar te leveren op kwesties waarbij andere mensen betrokken zijn, en deze te analyseren. We zullen dit vaak moeten doen in ons gezin, werk, studie, kerk, etc., om een ​​standpunt in te nemen over kwesties waarbij andere mensen betrokken zijn. Maar we moeten verstandig zijn om geen leugens en toevoegingen over feiten te verspreiden waarbij anderen betrokken zijn.
   
   En we moeten ook heel voorzichtig zijn om geen feiten te verspreiden (zelfs als ze waar zijn), maar die niet opbouwend zijn. Ons standpunt moet altijd het behoud van de eer van anderen zijn en het blokkeren van alle informatie die niet bijdraagt ​​aan opbouwing/stichting. Jezus gebood ons om dingen te beoordelen op basis van rechtvaardige gerechtigheid: "Oordeelt niet naar het aanzien, maar oordeelt met een rechtvaardig oordeel" (Johannes 7:24). Dit betekent dat we anderen niet moeten aandoen wat we niet graag willen dat ons wordt aangedaan. We moeten correct en oprecht zijn, en om zo te zijn, mag er geen plaats zijn voor roddels in ons leven.
6. Daarom moeten we, nu we weten wat de Bijbel over roddels leert, wijs zijn als er een voor ons verschijnt en het verwerpen. Ofwel wanneer het in ons wordt geboren en een sterk verlangen creëert om het te verspreiden, ofwel wanneer het afkomstig is van andere mensen met het verlangen dat wij het ook kennen en uitdragen. Roddel niet! En als je roddels hoort, wees dan geen agent die het verspreidt, integendeel wijs het terecht.

God zegene je!

Tekst Roddels in de Bijbel

Exodus 23:1

Gij zult geen vals gerucht verbreiden; gij moogt de schuldige niet helpen als misdadig getuige.

Psalmen 15:2-3

Hij, die onberispelijk wandelt en doet wat recht is en waarheid spreekt in zijn hart, die met zijn tong niet lastert, die zijn metgezel geen kwaad doet en geen smaad op zijn naaste laadt

Psalm 34:14

Bewaar uw tong voor het kwade en uw lippen voor het spreken van bedrog.

Spreuken 10:18

Wie haat verbergt, is een leugenlip; wie laster verbreidt, is een dwaas.

Spreuken 11:9, 13

Met de mond stort de godvergetene zijn naaste in het verderf, maar door kennis worden de rechtvaardigen gered.
Wie met laster omgaat, verraadt geheimen; maar wie betrouwbaar van geest is, houdt een zaak verborgen.

Spreuken 13:3

Wie zijn mond in toom houdt, bewaart zijn leven; wie zijn lippen openspert, hem wacht het verderf.

Spreuken 16:28

Een valsaard veroorzaakt twist, een lasteraar brengt scheiding tussen vrienden.

Spreuken 26:20

Als er geen hout is, dooft het vuur; waar geen lasteraar is, komt de twist tot rust.

Mattheüs 5:11

Zalig zijt gij, wanneer men u smaadt en vervolgt en liegende allerlei kwaad van u spreekt om Mijnentwil.

Romeinen 2:1

Daarom zijt gij, o mens, wie gij ook zijt, niet te verontschuldigen, wanneer gij oordeelt. Want waarin gij een ander oordeelt, veroordeelt gij uzelf; want gij, die oordeelt, bedrijft dezelfde dingen.

1 Korintiërs 6:9-10

Of weet gij niet, dat onrechtvaardigen het Koninkrijk Gods niet beërven zullen? Dwaalt niet! Hoereerders, afgodendienaars, overspelers, schandjongens, knapenschenders, dieven, geldgierigen, dronkaards, lasteraars of oplichters, zullen het Koninkrijk Gods niet beërven.

Efeziërs 4:29

Laat geen onheilzaam gepraat uit uw mond komen, maar als gij een goed woord hebt, tot opbouw, waar dit nuttig is, opdat zij, die het horen, genade ontvangen.

1 Thessalonicenzen 4:11

p class =cors>en er een eer in te stellen rustig te blijven en uw eigen zaken te behartigen en met uw handen te werken, zoals wij u bevolen hebben.

2 Timotheüs 2:16

Maar vermijd de onheilige, holle klanken; want zij zullen de goddeloosheid nog verder drijven.

Jakobus 1:26

ndien iemand meent godsdienstig te zijn en daarbij zijn tong niet in toom houdt, maar zijn hart misleidt, diens godsdienst is waardeloos!